Harder optreden tegen schijnsamenwoonst


Wie gedurende een jaar wettelijk samenwoont kan het recht op verblijf van onbepaalde duur in België bekomen, net zoals gehuwden. Dat staat in de vreemdelingenwet. "Feitelijk komt dit neer op een uitholling van de strijd tegen schijnhuwelijken" zegt Sabien. "Bij huwelijken is de controleregeling veel strenger. Mensen met verkeerde intenties weten dat en kiezen ervoor om te gaan samenwonen in plaats van te huwen. De pakkans is veel kleiner en het eindresultaat blijft hetzelfde, met name het bekomen van een verblijfsvergunning."

Daarom pleit Sabien ervoor om de controlebevoegdheid van de ambtenaren van burgerlijke stand uit te breiden. "Bij huwelijken is er, eventueel met inschakeling van de Procureur des Konings, bijkomend onderzoek naar motivatie en omstandigheden mogelijk. Bij wettelijke samenwoonst kan dit nog niet. Mijn wetsvoorstel moet dat wél mogelijk maken, zodat misbruiken zo snel mogelijk preventief kunnen opgespoord worden."

Een belangrijke voorwaarde om wettelijk samen te wonen is dat er sprake moet zijn van een gemeenschappelijke gewone verblijfplaats in België. "Dit kan perfect nagegaan worden door de ambtenaar van burgerlijke stand" aldus Sabien. "En bovendien wil Open Vld in de wet inschrijven dat deze ambtenaren ook het element ‘schijn' kunnen controleren. Wanneer niet is voldaan aan de hoedanigheden en voorwaarden vereist om een wettelijke samenwoning te mogen aangaan, kan de ambtenaar weigeren om de samenwoonst te melden in het bevolkingsregister. Dit geldt bijvoorbeeld wanneer blijkt dat één van de kandidaat-samenwoners onder enige vorm van dwang staat met het oog op het verkrijgen van een verblijfsvergunning voor de ‘partner'."

Tegen de weigering door de ambtenaar van de burgerlijke stand om melding te maken van de verklaring van wettelijke samenwoonst in het bevolkingsregister, kan door belanghebbende partijen binnen de maand na de kennisgeving van zijn beslissing beroep worden aangetekend bij de rechtbank van eerste aanleg.

De laatst beschikbare cijfers dateren van 2005. Toen legden 30.749 personen een verklaring tot wettelijke samenwoonst af. Dat waren er 12.251 meer dan in 2004.