Elke dag iemand aan de leugendetector in ons land


Dat blijkt uit het antwoord van minister van Binnenlandse Zaken Annemie Turtelboom op een parlementaire vraag van Sabien. De afgelopen maanden ondergingen onder andere Ronald Janssen en de vader van Younes zo'n test.

"Een verhoor met polygraaf wordt altijd door de politie uitgevoerd in opdracht van een magistraat (procureur des Konings of onderzoeksrechter) en is richtinggevend voor het onderzoek. De resultaten worden officieel niet als doorslaggevend bewijs aanvaard en blijven ter appreciatie van de magistraten. Almaar meer politiemensen raken overtuigd van het nut van de leugendetector en stellen verdachten steeds vaker voor om een test te ondergaan. Bovendien werd de capaciteit van opgeleide polygrafisten bij de politie de voorbije jaren verhoogd van twee in 2001 tot vijf vandaag", zegt Sabien, die minister van Justitie Stefaan De Clerck enkele kritische bemerkingen bij het systeem voorlegde. De invloed van een leugentest, die altijd op vrijwillige basis wordt uitgevoerd, op een rechter of jury is immers niet te onderschatten.

Sabien beroepte zich daarbij op onderzoek van professor Bruno Verschuere (UGent): "Bij polygrafische tests worden de fysiologische reacties van de ondervraagde gemeten: bloedvolume, zweetklieractiviteit, ademhaling en hartkloppingen. Het probleem is dat men veronderstelt dat leugenaars zenuwachtig zijn. Maar er bestaat niet zoiets als een unieke leugenrespons. Liegen kun je alleen afleiden door vergelijking met een reeks controlevragen (bv. 'Heb je ooit gelogen?') om de ondervraagde ervan te overtuigen dat de polygraaf elke leugen doorziet. Men gaat ervan uit dat de spanning bij de schuldige verdachte het sterkst zal zijn bij de misdrijfrelevante vragen en dat de onschuldige juist sterker zal reageren op de controlevragen. Bijkomend probleem is dat de polygraaftest volgens de beste schatting 80% accuraat is. Vooral bij onschuldigen zou het fout lopen, met mogelijks serieuze gevolgen."

In zijn antwoord erkende minister De Clerck de limieten van de bijzondere verhoortechniek, die volgens hem door iedereen wel juist worden ingeschat. "Het gebruik is voldoende positief om het in stand te houden. Ik zal de conclusies van de UGent voorleggen aan het College van procureurs-generaal, dat moet nagaan of er besluiten moeten worden uit getrokken. Op het eerste gezicht zie ik echter geen redenen om het gebruik van het instrument te wijzigen", besluit De Clerck.