Sabien voelt minister De Clerck aan de tand over gevangenis van Tilburg


de rol van Vlaanderen in de gevangenis van Tilburg

Sabien: Hoewel nog altijd de federale staat instaat voor het penitentiair beleid, hebben de deelstaten een belangrijke rol te spelen in de gevangenissen, vooral inzake zorg en arbeidsbemiddeling. In de gevangenis van Tilburg blijft de Vlaamse administratie vooralsnog afwezig. Ondanks de goede intenties die in 2009 werden geuit, neemt de Vlaamse regering vandaag haar verantwoordelijkheid niet op. In de reacties uit Vlaanderen lees je tussen de regels dat de reden zou zijn dat Vlaanderen niet betrokken werd bij het verdrag dat afgesloten werd tussen België en Nederland.

Klopt het dat er nog steeds geen vertegenwoordiger van de Vlaamse overheid, en bijgevolg geen aanbod in Tilburg, aanwezig is? Hoe wordt er in de praktijk omgegaan met vragen die normaal door het Vlaams aanbod zouden moeten worden gedekt? Waarom is er nog altijd geen oplossing? Gaat u akkoord met de Vlaamse lezing dat het probleem ontstaan is doordat Vlaanderen niet betrokken werd bij het verdrag? Vormt het uitblijven van de Vlaamse betrokkenheid een probleem in het verdrag? Kan de tegenpartij, Nederland dus, eisen dat België een zorg- en welzijnsaanbod verstrekt? Welke acties zijn gepland om aan dat probleem te verhelpen?

Minister De Clerck: De administratie stelt alles in het werk om op een probleemoplossende manier het hulp- en dienstverleningsaanbod in Tilburg te garanderen. Zo verzorgt Nederland bepaalde activiteiten zelf, zoals sport, bibliotheken, bepaalde opleidingen, bijvoorbeeld een opleiding Nederlands als tweede taal en ICT-opleidingen. Het maatschappelijk werk verloopt via de Belgische psychosociale dienst of via de aalmoezeniers ter plaatse.

U hebt trouwens tijdens het bezoek van uw commissie aan de inrichting in Tilburg op 10 juni jongstleden kunnen vaststellen dat de inrichting naar behoren functioneert, behoudens de keuken of het eten in de cel. Daarover heb ik geen vragen gekregen, maar ik heb in de wandelgangen gehoord dat dit een probleem was.

De Vlaamse Gemeenschap heeft vorig jaar, tijdens een bezoek aan de inrichting, zelf vastgesteld dat op het vlak van de individuele hulpverlening heel wat inspanningen worden gedaan. Mijn administratie heeft ondertussen een screening gedaan van de bijkomende noden op het vlak van hulp en dienstverlening aan de gedetineerden in Tilburg. Die screening wijst uit dat er in het bijzonder nood bestaat aan een basisaanbod op het vlak van tewerkstellingsbegeleiding. Gedetineerden in Tilburg die in het kader van een strafuitvoeringstraject en een procedure voor de strafuitvoeringsrechtbank een reclasseringsplan moeten voorleggen, dienen een beroep te kunnen doen op de adviesverlenende instantie die hen kan begeleiden op het vlak van vorming en tewerkstelling.

Om die reden zou het wenselijk zijn dat een VDAB-consulent de dossiers zou kunnen screenen van gedetineerden die nood hebben aan hun diensten. Vanuit de Vlaamse Gemeenschap wil men op korte termijn de mogelijkheden onderzoeken hoe en in welke mate het dienstverlenende aanbod van de VDAB ingezet kan worden ten aanzien van de gedetineerden in de strafinrichting van Tilburg. Mijn administratie is bij dat onderzoek betrokken. Het is een cruciaal punt, dat besproken werd in het kabinet en met de administratie van de Vlaamse Gemeenschap om daarvoor een oplossing te vinden. Er werd aanvankelijk gezegd dat zij niet in Nederland kunnen werken. Men zou daarvoor een oplossing vinden. Er zijn daarover positieve gesprekken aan de gang.

Klopt het dat er nog steeds geen vertegenwoordiger van de Vlaamse overheid en bijgevolg geen aanbod in Tilburg aanwezig is? We hebben vandaag opnieuw specifiek overleg gehad met Vlaanderen en het kabinet-Vandeurzen om te zeggen dat wij daarmee geen problemen willen en dat men moet doen wat moet. Er zijn bepaalde redenen ingeroepen en men heeft nu net een akkoord bereikt over de VDAB. Dat is cruciaal. Als men de voorwaardelijke invrijheidstelling wil bekomen en men moet daarvoor zorgen dat men werk heeft, dan is er een formeel probleem als er geen begeleiding is bij het zoeken naar werk. Dit zal dus prioritair opgelost worden.

Voor de rest proberen we er met de Nederlandse diensten en onze mensen voor te zorgen dat het sociaal klimaat, met onder andere opleidingen, volwaardig wordt aangepakt. We volgen dat nu op. We zijn wat wakker geschud door die publicatie maar we betreuren het altijd dat dit eerst frontaal in de media komt vooraleer men ons dat signaleert. Ik weet niet of dat u was opgevallen of dat het een speciaal probleem was? We lossen dat nu op door het rechtstreeks overleg dat met Vlaanderen is opgestart, aansluitend op de publicatie. We proberen het nu dus op te lossen.

Sabien: Naar aanleiding van ons bezoek in Tilburg werd er op gewezen dat dit wel degelijk een probleem is. Ik betreur de reactie van Vlaanderen enigszins. U zegt terecht dat ze hun verantwoordelijkheid moeten nemen en dat er daarvoor een oplossing moet komen. De tewerkstellingsbegeleiding is heel belangrijk voor onze gevangen. Die moet er dus zo snel mogelijk komen. Ik hoop dat dit met gezond verstand op korte termijn zal worden opgelost.

 

de controle op drugsbezit in de gevangenis van Tilburg en de Belgische gevangenissen

Sabien: Tijdens ons bezoek in Tilburg hebben wij gezien dat het drugsgebruik in de gevangenis er gecontroleerd wordt met narcoticahonden. Zowel in de bezoekersruimte als daarbuiten melden bordjes dat er controles met narcoticahonden kunnen gebeuren.

Kunt u de controle met narcoticahonden in Tilburg toelichten? Kent u de resultaten van die controles? Hoe zit het in onze Belgische gevangenissen met de controles op drugs? Tot welke resultaten leiden die? Gebeuren er ook bij ons af en toe controles met narcoticahonden? Hangen de narcoticahonden af van Binnenlandse Zaken of heeft Justitie eigen honden, zoals dat in Nederland het geval is? Wat zijn uw plannen ter zake?

Minister De Clerck: Nederland is in 2010 gestart met een proefproject met vier penitentiaire drughondenteams. Voornoemde teams controleren op regelmatige basis de Nederlandse inrichtingen. Zij controleren zowel de gedetineerden en bezoekers als het personeel.

Zij worden op vraag van de Belgische directie aldaar ook in Tilburg ingezet. Gemiddeld vindt wekelijks een controle plaats. In 2011 wordt een eerste evaluatie van het project gemaakt.

De genoemde drughondenteams worden door het Nederlandse ministerie van Justitie beheerd, wat betekent dat de aankoop en verzorging van de honden alsook de rekrutering en selectie van de hondenbegeleiders ten laste van voornoemd departement vallen.

De hondenbegeleiders worden als personeel van de dienst Vervoer en Ondersteuning van de dienst Justitiële Inrichtingen in dienst genomen.

Het project gebeurt in samenwerking met de politie, onder meer voor de training van de hond en de opleiding van zijn begeleider.

De cijfers over de controles in de Belgische gevangenissen zijn nog niet beschikbaar. De gegevens worden momenteel door EPI verzameld en zullen later in 2011 worden bekendgemaakt.

De controles gebeuren in de regel in overleg met de gevangenisdirectie, de politie en het openbaar ministerie, zoals in de ministeriële omzendbrief 1806 en de omzendbrief van het College van procureurs-generaal nr. 1 van 2009 is bepaald.

Het is belangrijk. We hebben nieuwe stappen gezet en zien de resultaten daarvan hopelijk positief evolueren.

De drugshonden die in België worden gebruikt, behoren toe aan de federale politie. Het precieze aantal honden waarover de politie beschikt, is mij niet gekend. Mijn collega van Binnenlandse Zaken is beter geplaatst om hierop te antwoorden.

Het Belgische gevangeniswezen beschikt niet over eigen drugshonden. Met het oog op de eventuele oprichting van drughondenteams heeft onze penitentiaire administratie het Nederlandse systeem bestudeerd. Ik wacht op een advies van het Directoraat-generaal Penitentiaire Inrichtingen dienaangaande. Er is nog geen beslissing genomen. Men heeft wel een studie gemaakt. Het is een politieke keuze. Het is een beslissing die we binnen de gevangeniswereld moeten nemen. Het is natuurlijk ook een budgettaire discussie. Men heeft de kostprijs opgemaakt. Het ligt ter beslissing voor. Het is een dossier dat voor de volgende regering is klaargemaakt.