Sabien in Dublin in het kader van Ierse voorzitterschap van EU
Het algemene thema van de vergadering, Connecting Europe's Communities and Citizens in a Digital Age, werd benaderd uit drie invalshoeken:
(1) het onderwijs herijken in een digitale context;
(2) evolueren naar intelligente vervoerssystemen en
(3) de digitale strategie tegen 2020.
Bij wijze van algemene inleiding schetst de heer John O'Mahony, ondervoorzitter van de gemengde commissie voor Vervoer en Communicatie van het Ierse Parlement, de uitdaging van de nieuwe technologieën van de toekomst in de Europese Unie, in het licht van de zeer ingrijpende impact die ze reeds hebben gehad én nog steeds hebben op het leven van de burgers in een groot aantal domeinen, zoals het onderwijs en het vervoer.
1. Het onderwijs herijken in een digitale context
De heer Jan Truszczyński, directeur-generaal voor Opvoeding, Opleiding, Cultuur en Jeugd van de Europese Commissie, beklemtoont meer bepaald hoe belangrijk het is dat op Europees niveau krachtdadig en duurzaam wordt opgetreden op digitaal vlak. In dat verband verzoekt de Europese Commissie de EU-lidstaten het onderwijs te herijken om te focussen op de transversale bevoegdheden die vereist zullen zijn voor de miljoenen functies waarin tegen 2020 zal moeten worden voorzien in de sectoren, meer bepaald in die van de hernieuwbare energie. In die context wil de Europese Commissie partnerschappen op alle niveaus bevorderen en internationale samenwerkingsvormen, met name via online-instrumenten, aanmoedigen. De spreker beklemtoont dat de lidstaten in onderlinge coördinatie en coherent moeten optreden. Tevens wijst hij op het belang van de kwaliteit en de toegankelijkheid van de digitale inhoud, alsook op het belang van de selectie van de leerkrachten. Hoewel de Europese Commissie de lidstaten in dat verband zal steunen, zal zij niet in hun plaats optreden.
Ook de heer Ruairi Quinn, Iers minister van Onderwijs en Vaardigheden, beklemtoont hoe belangrijk het is het opzet van die nieuwe technologieën naar behoren te vatten, zonder toe te geven aan commerciële bedoelingen. Het is van essentieel belang de best practices tussen landen onderling uit te wisselen, om te voorkomen dat steeds opnieuw dezelfde fouten worden gemaakt; dit is een praktijk die met name door de leerkrachten van de Ierse scholen wordt gehanteerd. Die uitwisseling van ervaring is zeer belangrijk, meer bepaald om een digitale kloof te voorkomen.
Tijdens het debat pleit de Franse delegatie er met name in het kader van de integratie van het digitale gebeuren in het onderwijs voor zich te beraden over hoe kan worden voorkomen dat ongelijkheden in het onderwijs en op sociaal vlak ontstaan, in het bijzonder tegen de achtergrond van de huidige economische crisis.
De Spaanse delegatie wijst erop dat men niet uit het oog mag verliezen dat de integratie van de nieuwe technologieën in het onderwijs problemen doet rijzen, meer bepaald met betrekking tot de opleiding van de leerkrachten en de verbindingen tussen de administratieve diensten onderling. Het is van essentieel belang middelen te vinden om die nieuwe technologieën ten nutte te maken, door met name de klemtoon te leggen op de begeleiding van de leerkrachten.
Ook de Britse delegatie onderstreept dat het belangrijk is ervaringen uit te wisselen; zo niet dreigen mensen geïsoleerd te raken in hun ivoren informatica-toren.
2. De "Smart Move" - Evolueren naar intelligente vervoerssystemen
De heer Olivier Onidi, directeur van de DG Mobiliteit en Vervoer van de Europese Commissie, belast met innoverende en duurzame mobiliteit, schetst de ingrijpende vooruitgang die de Europese Unie heeft gemaakt inzake vervoer, inzonderheid luchtvervoer, zeevervoer en vervoer per spoor. Met betrekking tot het wegvervoer beklemtoont hij dat werk moet worden gemaakt van de verkeersveiligheid. In het kader van Richtlijn 2010/40/EU[1] en van het Europees Actieplan voor de invoering van intelligente vervoerssystemen wijst hij erop dat de Europese Commissie momenteel uitvoering geeft aan een aantal initiatieven, zoals eCall (een systeem dat wagens in staat stelt bij een ongeval zelf de hulpdiensten te bellen), en inzake reisplanning. De spreker geeft aan dat de intelligente vervoerssystemen momenteel in verspreide slagorde worden geïmplementeerd. De bestaande technologische toepassingen worden nog niet op grote schaal aangewend. Er wordt niet alleen vastgesteld dat de coördinatie tussen de Staten te wensen overlaat, maar ook dat het de dienstverlening tussen landen aan continuïteit ontbreekt en dat nauwelijks sprake is van intermodaliteit.
Het is derhalve van essentieel belang dat dit debat niet langer louter op technisch gebied wordt gevoerd; het moet op beleidsniveau worden getild om te bewerkstelligen dat die toepassingen op grote schaal worden gebruikt.
De heer Gerry Murphy, CEO van de National Transport Authority van Ierland, geeft aan dat zijn land vooruitgang heeft geboekt met betrekking tot intelligente vervoerssystemen, meer bepaald met de toepassing van de National Journey Planner waarin de verschillende vervoerwijzen in Ierland worden gecombineerd, of nog het Real Time Information System, dat in één toepassing is geïntegreerd. Hij beklemtoont dat die technologie eerst en vooral een betere dienstverlening moet waarborgen.
De heer Brian Brennan, directeur-generaal van Transdev Ireland, wijst op het belang van multimodaliteit, waarbij, inzonderheid in de stad, rekening wordt gehouden met de verschillende vervoerwijzen, met inbegrip van de voetgangers en de fietsers. Aan de hand van concrete gevallen (zoals het Optimod'Lyon-project van Grand Lyon) licht hij toe en toont hij aan hoe de waarde van de mobiele gegevens kan worden verbeterd, alsook hoe aan de hand van die gegevens nieuwe diensten met een meerwaarde kunnen worden uitgewerkt.
Mevrouw Sabien Lahaye-Battheu, voorzitster van de commissie voor de Infrastructuur, het Verkeer en de Overheidsbedrijven, verwijst in het kader van het debat naar de door de Belgische Kamer in april 2013 aangenomen resolutie ter bevordering van intelligente snelheidsassistentie voor een hogere verkeersveiligheid in het raam van de ITS-richtlijn en de aanbevelingen van de federale commissie voor de verkeersveiligheid[2]. Zij herinnert eraan dat het essentieel is dat de Europese Unie op dat vlak het voortouw neemt. Zij heeft ook de Europese Commissie gevraagd wat de weerslag en het doel zijn van het "European New Car Assessment Program". Zij heeft voorbeelden gevraagd van goede praktijken in Europa die de mogelijkheid bieden ISA te bevorderen. Mevrouw Battheu heeft voorts bij de Europese Commissie geïnformeerd hoe zij de problematiek van de cartografie inschat en welke initiatieven dienaangaande worden genomen.
De heer Olivier Onidi geeft te kennen dat de Europese Unie wetgeving uitwerkt die tot doel heeft voldoende veilige systemen verplicht te maken. ISA is een van de systemen die zouden kunnen worden gebruikt voor de commerciële voertuigen. Hij memoreert dat er inderdaad lacunes zijn inzake cartografie omdat men nog niet over nauwkeurige kaarten van de wegeninfrastructuren in Europa beschikt. Het is echter een zeer belangrijk element om de bestuurders bij te staan. Hij stipt ook aan dat de Europese Commissie voorstellen zal doen in verband met het beheer van de "black spots", dat wil zeggen van de plaatsen van de wegeninfrastructuur waar zich het de meeste ongevallen voordoen.
Voorts wijzen verscheidene sprekers op het risico dat die intelligente vervoersystemen de digitale kloof vergroten, meer bepaald tussen stedelijke en rurale landen en gebieden. Volgens de heer Gerry Murphy moet de technologie inderdaad beogen nieuwe gebruikers te bereiken en niet er andere uit te sluiten.
3. De digitale strategie tegen 2020
De heer Robert Madelin, directeur-generaal van het directoraat-generaal Communicatienetwerken, Inhoud en Technologie van de Europese Commissie, brengt in herinnering dat Europa in 2010 de digitale kalender heeft gelanceerd. Europa kan alleen spoedig opnieuw groei kennen als het de digitale veranderingen aanvaardt. Hij wijst op de daartoe essentiële elementen: adequate bevoegdheden, het belang van het ondernemerschap, het vertrouwen in de digitale technologie, breedband om hoog debiet mogelijk te maken en permanente innovatie op digitaal vlak. Het verheugt hem dat de digitale agenda op de agenda van de Europese Raad van oktober 2013 werd geplaatst en hij attendeert op het belang van de steun van de lidstaten om in dat domein voortgang te maken.
Volgens de heer Pat Rabbitte, de Ierse minister van Communicatie, Energie en Natuurlijke Hulpbronnen, moet nu over de toekomst van de digitale technologie worden nagedacht. Op een in juni 2013 in Dublin gehouden conferentie[3] heeft me zich trouwens gebogen over de verschillende aspecten waarin voortgang moet worden gemaakt teneinde tot een eengemaakte digitale markt te komen, zoals de ontwikkeling van de mogelijkheden inzake mobiele technologie, de mogelijkheid van hergebruik van openbare informatie en maatregelen op het vlak van de bescherming van de consumenten en van transacties tussen twee landen.
Ook Lord David Puttnam, de Ierse voorvechter van de digitale technologie, beklemtoont dat het belangrijk is vandaag de jongeren voor te bereiden op een digitale wereld, door ervoor te zorgen dat zij de nodige bekwaamheden in huis hebben om vooruit te lopen op de nog onbekende uitdagingen van de tweede helft van de eeuw. De nieuwe technologieën moeten niet alleen de bestaande praktijken en methodes ondersteunen. Er moet een radicalere aanpak komen om betere resultaten te verkrijgen, onder meer op onderwijsgebied. Europa moet snel handelen en moet nu die kansen benutten want het loopt achterop, onder meer ten opzichte van bepaalde Aziatische landen.
De Franse delegatie wijst in het kader van het debat meer bepaald op het belang van gemeenschappelijke en gecoördineerde strategieën op Europees niveau. De invoering van het mobiel zeer hoog debiet moet ook worden versneld om de achterstand weg te werken die Europa heeft ten opzichte van andere regio's van de wereld.
De heer Robert Madelin bevestigt dat men één enkele aanpak moet hebben om de eengemaakte digitale markt te creëren. Men moet op grote schaal werken en een einde maken aan de marktsegmentatie in Europa.
[1] Richtlijn 2010/40/EU van het Europees Parlement en de Raad van 7 juli
2010 betreffende het kader voor het invoeren van intelligente vervoerssystemen
op het gebied van wegvervoer en voor interfaces met andere vervoerswijzen.
[2] DOC 53 2440
[3]
http://eu2013.ie/fr/evenements/event-items/conferenceeuropeana-contenunumeriqueenligne-20120620/