Zelfdodingen op het spoor: belangrijkste hotspot in het Kortrijkse


De 24 hotspots (16 in volle baan en 8 op het perron) werden door Infrabel in 2012 bepaald op basis van een analyse van gegevens uit de periode 2008-2011 (zie bijgevoegde kaart). Deze analyse blijft tot 2016 geldig. In 2014 hebben 97 personen zichzelf van het leven beroofd op het spoor in ons land. Dat zijn er meer dan in 2013 (94), maar minder dan in 2012 (102). Vorige vrijdag was er nog ernstige hinder op de spoorlijn De Panne-Landen door een persoonsaanrijding in Deinze, met ook hinder op andere lijnen.

 

Sabien zet de verschillende maatregelen op een rijtje, die worden uitgewerkt om de hotspots te beveiligen: “Op het vlak van infrastructuur worden afsluitingen geplaatst om de toegang tot het spoor te beperken. In 2014 heeft Infrabel 3.673 meter afsluitingen geplaatst (zie tabel en kaart in bijlage). In 2015 en 2016 is nog 10,813 kilometer voorzien. Er worden blauwe lampen (blue lights) geïnstalleerd aan het perron, meer bepaald in de buurt van psychiatrische inrichtingen in het kader van pilootprojecten. De onbewaakte stopplaats Dave-Saint-Martin is al uitgerust en drie andere pilootsites (Kortenberg, Ieper en Péruwelz) zullen er in de komende maanden ook mee worden uitgerust. Tot slot worden er ook intelligente warmtegevoelige camera’s geïnstalleerd, te beginnen op een pilootsite (Brugge-Sint-Pieters) waar ze in de komende maanden operationeel zullen zijn. In 2015 zullen ook andere gevoelige sites (Duffel en Ieper) ermee worden uitgerust.”

 

Daarnaast organiseert Infrabel ook communicatie- en sensibiliseringsacties: affichecampagnes met een oproepnummer naar de Zelfmoordlijn, sensibiliseringscampagnes met alle psychiatrische inrichtingen in de buurt van de spoorweg, samenwerking met experten van de universiteiten (ULB en KUL) om de problematiek van zelfdoding op het spoor te bestuderen en te begrijpen (geografische ligging, omgevings- en socio-economische factoren die een rol spelen).

 

Infrabel heeft gedurende drie jaar ook meegewerkt aan het Europees project RESTRAIL, dat in 2011 door de Europese Commissie werd gelanceerd en waarbij experten uit verschillende domeinen de koppen bij elkaar hebben gestoken (universiteiten, onderzoekscentra, spoorweginfrastructuurbeheerders, spoorwegoperatoren, enz.) om oplossingen voor te stellen en zo het aantal zelfdodingen op het spoor te verminderen.

 

Enkele weken geleden werd in de media melding gemaakt van de wens van Infrabel om de hulp in te roepen van mensen die langs spoorlijnen wonen waar veel zelfdodingen gebeuren. Hen zou worden gevraagd via een speciaal noodnummer snel alarm te slaan. Ze zouden een “bevoorrecht contact” hebben met Securail. Maar minister Galant benadrukt in haar antwoord dat er geen sprake kan zijn van het betrekken van buurtbewoners in de problematiek rond suïcidepreventie.