Toekomst landbouwbedrijven gewaarborgd


“Vandaag is het vaak zo dat een erflater zijn bedrijf al voor het overlijden overlaat aan zoon of dochter, en dus niet eigenaar blijft van het landbouwbedrijf tot zijn overlijden. In dat geval blijven soms nog onroerende goederen over, die behoren tot het landbouwbedrijf van de erflater. Het gaat dan bijvoorbeeld om een hoevewoning of landbouwgrond die verhuurd wordt aan de zoon of dochter, die het landbouwbedrijf heeft overgenomen en ook exploiteert. Ze nemen dus niet alles in één keer over van hun ouders”, schetst Sabien de context van het wetsvoorstel, dat ook werd ingediend door Kamerlid Nathalie Muylle (CD&V).

“De zoon of de dochter is echter niet altijd kapitaalkrachtig genoeg om alles over te nemen. De onroerende goederen vallen vandaag niet onder de wet van 29 augustus 1988, die de erfregeling inzake landbouwbedrijven wilde bevorderen, hoewel ze toch tot het landbouwbedrijf behoren en nodig zijn om de continuïteit (geest van de wet van 1988) te garanderen. Ons wetsvoorstel breidt het toepassingsgebied van deze wet uit: het overnamerecht geldt ook indien het landbouwbedrijf al werd overgedragen aan zoon of dochter en enkel nog bijvoorbeeld de gronden behoren tot het nalatenschap van de ouders.”

Sabien: “Het erfrecht wordt hiermee aangepast aan de actualiteit. Vandaag stappen jonge landbouwers al veel vroeger in de sporen van hun ouders. Nu kunnen ze gerust zijn dat ze zowel de hoevewoning als de landbouwgronden zonder kopzorgen kunnen overnemen. Landbouwers hebben vandaag sowieso al minder opvolgers. Het is dan ook goed dat we met dit goedgekeurd wetsvoorstel de opvolging vergemakkelijken en juridische disputen, die vandaag al te vaak bestaan, uit de wereld helpen.”