2.000 jonge zelfstandige moeders missen kans op hulp in het huishouden.


Via hun sociaal verzekeringsfonds kunnen ze dienstencheques aanvragen waarmee ze 105 uren hulp krijgen in het huishouden bij de hervatting van hun zelfstandige activiteit. Oorspronkelijk ging het om 70 dienstencheques, doch dit aantal werd opgetrokken vanaf 1 mei 2007.

 

Kamerlid Sabien Lahaye-Battheu (Open VLD) vernam van minister Laruelle, bevoegd voor Economie, Zelfstandigen en Landbouw, dat er in 2006 3.064 aanvragen voor de moederschapshulp werden ingediend. Vorig jaar steeg dit aantal lichtjes tot 3.172.

 

Deze maatregel kostte de federale overheid in 2006 1,84 miljoen euro. Het grootste deel, ongeveer 65%, wordt gedragen door het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen. De rest is voor rekening van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening. In 2007 bedroeg de totale kost 2,7 miljoen euro, eveneens verdeeld onder het RSVZ en de RVA a rato van 65% en 35%.

 

De budgetten, die hiervoor werden uitgetrokken, waren ruimschoots voldoende om deze maatregel te bekostigen. Voor 2006 en 2007 werden resp. 3,57 miljoen euro en 5,2 miljoen euro aan de kant gezet. Een teken aan de wand dat de maatregel na twee jaar nog altijd niet voldoende gekend is bij het doelpubliek?

 

Sabien Lahaye-Battheu: "Als we zien dat er in 2004 bijna 5.200 zelfstandige vrouwen een moederschapsuitkering genoten " dat zijn die vrouwen die vanaf 1 januari 2006 ook recht zouden hebben op de dienstencheques", en we gaan ervan uit dat er ook in 2006 en 2007 ongeveer evenveel zelfstandige vrouwen bevallen, dan kan dit inderdaad de conclusie zijn. Het kinderbijslagfonds, het ziekenfonds en het sociaalverzekeringsfonds bevinden zich in de ideale positie om een zwangere zelfstandige vrouw hierover in te lichten."