Dure chip voor elk "paard" blijft verplicht.


Op die manier kan worden achterhaald welk vlees in de voedselketen terechtkomt. Alle eigenaars kregen tot 31 december 2008 de tijd om zich in regel te stellen.

 

Vooral ponyhouders klagen over de hoge kostprijs van deze identificatie, iets meer dan 100€. 50€ is forfaitair, de rest komt overeen met het tarief van de dierenarts. Hoewel het vlees van hun dieren niet in de voedselketen belandt, moeten ook zij de volle pot betalen. Wie de identificatie in de wind slaat, riskeert zeer hoge boetes van het FAVV die inspecteurs op pad stuurt om controles uit te voeren.

 

In haar antwoord op een parlementaire vraag van Sabien wees federaal Minister van Landbouw Laruelle (MR) erop dat de controles prioritair uitgevoerd worden op paarden die naar het slachthuis, de markten of het buitenland gaan. "Ik kan de inspecteurs toch niet betalen om in de dorpen te gaan kijken of elke pony wel een chip heeft," aldus de Minister. "Het is aan de eigenaar om ofwel de pony te chippen en 50€ plus de veeartskosten te betalen, ofwel het risico te nemen op een dag minimum 500€ boete te moeten betalen.

 

Afschaffing van de verplichte identificatie voor ponyhouders is niet aan de orde. Een verlaging van de kostprijs voor de identificatie zoals in Nederland (ongeveer 20€) voorlopig ook niet. Zo vernam Sabien nog op uitdrukkelijke vraag.

 

Intussen kampt de in 2006 opgerichte Centrale Gegevensbank voor de Identificatie van de Paardachtigen wel al met een grote achterstand in het verwerken van de gegevens.