1.765 veroordeelden wachten op hun werkstraf


Op 2 maart stond de teller van het aantal wachtende werkstrafdossiers op 1.765, nog iets meer dan begin dit jaar. Dat antwoordde minister van Justitie Stefaan De Clerck (CD&V) op een parlementaire vraag van Sabien.

 

Vorig jaar werden in ons land ruim 10.000 werkstraffen uitgesproken. "Er zijn ongeveer evenveel werkstraffen als gedetineerden in de Belgische gevangenissen (10.166 gedetineerden op 5 maart). Als je weet dat er in de gevangenissen officieel maar plaats is voor 8.700 gedetineerden, dan is het niet verwonderlijk dat rechters door die overbevolking zich genoodzaakt zien om steeds meer werkstraffen uit te spreken", aldus Sabien.

 

"Jammergenoeg is het aantal justitieassistenten, die erop moeten toezien dat de veroordeelden ook effectief hun werkstraf uitvoeren, de afgelopen jaren niet proportioneel mee gestegen. Daardoor zijn er lange wachtlijsten ontstaan", zegt Sabien. "Wel zijn de eind vorig jaar beloofde 72 bijkomende justitieassistenten, op twee na, de afgelopen maanden allemaal aangeworven. Voor een verband tussen die aanwerving en het effect op de wachtlijsten betreffende de werkstraffen is het nog te vroeg", gaf minister  De Clerck nog mee in zijn antwoord op mijn parlementaire vraag.

 

Sabien zal het systeem van de werkstraffen nauwgezet blijven opvolgen in de Kamercommissie Justitie: "Het zijn niet alleen zinvolle straffen voor de betrokkene, maar ze brengen de maatschappij ook iets bij (gemeenschapsdienst onder de vorm van hulp in een bejaardentehuis, bij de gemeente, enz.). Bijvoorbeeld voor jongeren is een werkstraf veel effectiever dan een geldboete. Ze ondergaan op deze manier persoonlijk hun straf, daar waar anders soms de ouders opdraaien voor de meestal zware boeten."

 

Elektronisch toezicht

 

De justitiehuizen kreunen ook bij hun andere opdrachten, bijvoorbeeld het begeleiden van daders die een enkelband dragen, nog steeds onder de werkdruk. Sabien: "Uit cijfers die ik opvroeg bij minister De Clerck blijkt dat het aantal veroordeelden onder elektronisch toezicht in januari zeer lichtjes steeg van 676 tot 748 (401 in Vlaanderen, 256 in Wallonië en 91 in Brussel). Maar 1.581 veroordeelden, meer dan het dubbele, die wachten op een enkelband, is en blijft een reusachtig probleem."

 

Daarom pleit Sabien voor een radicale ommezwaai. "In Groot-Brittannië staan privéfirma's in voor de louter technische controle, waarvan de modaliteiten door de overheid worden vastgelegd. Zij gaan na waar de veroordeelde onder elektronisch toezicht zich bevindt en of hij of zij de uurroosters respecteert. Op die manier kunnen controleurs dag en nacht worden ingezet en flexibel inspelen op de schommelingen in het aantal gedetineerden onder elektronisch toezicht. De dossieropvolging zou verder door de justitieassistenten gebeuren", licht Sabien toe. Ze vraagt de opstart van een pilootproject in ons land.

 

Maatschappelijke onderzoeken

 

Sabien sluit af met een positieve noot. "De achterstand in de uitvoering van maatschappelijke onderzoeken, aan de hand waarvan de rechter een gepaste beslissing kan nemen in zaken over onder andere het ouderlijk gezag en het verblijf van kinderen na een breuk tussen de ouders, neemt wel af in de justitiehuizen. Bijvoorbeeld in Ieper nam het aantal dossiers, dat niet binnen de drie maanden was behandeld, tijdens het laatste kwartaal van vorig jaar af van 13 tot 3; in Veurne daalde de achterstand van 12 tot 9", geeft Sabien als voorbeeld.